Mindfulness versus zelfcompassie

Ik kijk in mijn agenda. Ik zie dat ik over 5 dagen een terugkomavond Mindfulness en Zelfcompassie gepland heb staan. Ik schrik en voel dat het wat met me doet. Ik besteed er echter geen aandacht aan. Want dan moet ik nog een ruimte regelen. En iedereen laten weten dat het dan te doen is. Lastminute werk! Aan de gang.

De ruimte regelen is gelukkig snel gebeurd. Dan eerst op facebook een event aanmaken. En al snel meldt zich al een geïnteresseerde. Oké, dat loopt. Vervolgens ga ik bezig met de nieuwsbrief. Daarin komen meer activiteiten. Ik pak er de agenda bij. En wat zie ik? Die terugkomavond is pas over 2,5 week… Pfff, oh wat stom. Mijn criticus vindt er heel veel van. Die vond het al heel stom en lui dat ik niet op tijd in de gaten had wat ik ging doen. En nu ben ik een chaoot en onprofessioneel. ‘Welke ondernemer kent zijn planning niet (uit het hoofd)? En hoe mindful ben je nou? Ben jij diegene die dat aan anderen wil leren? Haha! Wacht maar tot je door de mand valt….’ Oké oké, je punt is gemaakt… Intussen komt mijn hoofd tot rust en wordt het weer wat helderder.
Nu dus wat dingen terugdraaien. De ruimte annuleren. Facebook-event aangepast. De geïnteresseerde ook nog maar even geappt daarover. Aantekening maken dat ik nog een locatie moet zoeken. En daarna de concept nieuwsbrief opslaan, want die hoeft dan niet meteen de deur uit.
Dubbel werk allemaal en weg het relaxte zaterdaggevoel.

Mindfulness vraagt: “Wat ervaar ik nu?” 
Zelf-compassie vraagt: “Wat heb ik nu nodig?”

Waar ging het hier mis?

Tsja, in het begin al. Toen ik schrok en daar geen aandacht aan gaf. Zou ik de tijd terugspoelen en in het moment zijn geweest, dan was het heel anders gegaan.
Scenario 2:
Ik kijk in mijn agenda. Ik zie dat ik over 5 dagen een terugkomavond Mindfulness en Zelfcompassie gepland heb staan. De schrik slaat me om het hart en ik voel ook dat mijn middenrif verstrakt. Mijn adem zit hoger en gaat sneller. En ik voel druk op mijn hoofd, dat ook warmer wordt. Misschien wel rood, maar ik kijk niet in de spiegel. ‘Hier is weer zo’n lastig moment, dit levert stress op’.  Ik leg mijn handen op mijn hartstreek en dat voelt ondersteunend aan. In mezelf spreek ik sussende woorden zoals ‘wat ik voel is oké, ik ben ook maar een mens. Laat ik vriendelijk zijn voor mezelf’. De criticus hoeft niks te doen, die merkt dat ik veilig ben. Mijn hoofd komt snel tot rust. Ik raadpleeg mijn agenda, want ergens in mijn achterhoofd was er iets met die datum. Ohja, ik had de planning omgegooid. En was vergeten deze activiteit uit mijn digitale agenda te halen. De criticus komt wel even op, want ik was niet alert geweest. Maar ook dat is oké, dat gebeurt en daar leer ik weer van. En dat is helemaal prima. Opgelost. Ik hoef niets meteen te doen op deze zaterdag.

De macht der gewoonte

We reageren namelijk het snelst vanuit gewoonte. Die reactie hebben we al zo vaak vertoond dat het een snelweg tussen verschillende hersendelen heeft gemaakt.  Lekker snel dus. Daar hoeven we niet bij na te denken. Dat noemen we ook wel de automatische piloot. Deze komt uit ons overlevingsinstinct en slaat alarm zodra onze -vermeende- veiligheid in het geding is. Die waarschuwt mij dus.
Aan mij de verantwoordelijkheid om te beoordelen of dit terecht is. Ik  bepaal, niet mijn automatische piloot. Het is dus van belang uit die automatische gewoontepatronen te komen.

Relatie mindfulness en zelfcompassie

En daarvoor is bewuste aandacht nodig. Mindfulness dus. Die me vervolgens de weg wijst. En me een keuze geeft.
En dat doen we met een open, onbevangen houding. Vriendelijk dus, niet streng. En dat is zelfcompassie.

In scenario 2 heb ik de volgende korte oefening toegepast.   Ik noem deze:

EHBO (Eerste Hulp bij Ongemak)
1. Als je het moeilijk hebt, voel je dat dan in je lichaam? Bijvoorbeeld een kramp in je maag, misselijkheid, spanning bij je schouders, houd je je adem in?
2. Erken wat er gebeurt in jezelf: ‘Dit is een lastig moment’, of ‘wow, dit is balen’, ‘dit doet pijn’.
3. Besef dat zulke momenten deel zijn van het leven, dat dit nu eenmaal bij het menszijn hoort.
4. Biedt jezelf een ondersteunende aanraking, een hand op je hart of ergens waar het prettig voelt. Voel de warmte en de druk van je hand.
5. Bedenk dat je vriendelijk voor jezelf mag zijn. Misschien zijn er woorden die je graag zou horen in deze situatie. Waar heb je nu behoefte aan? Herhaal deze woorden in jezelf met een vriendelijke stem.

Als je dit regelmatig doet, wordt dat vanzelf ook een gewoonte. En oefenen betekent leren van de ‘fouten’ die we maken. Met vallen en opstaan. Zoals we hebben leren lopen…